INLEIDING

In dit huishoudelijk reglement van Muziekvereniging “St. Gregorius” staan bepalingen en regels als aanvulling op de statuten van de vereniging.

In de statuten die op 3 mei 2006 bij notariële akte zijn opgemaakt, staan alle grondslagen vermeld op basis waarvan Muziekvereniging “St. Gregorius” bestaat. Aangezien de statuten niet altijd relevant zijn voor de dagelijkse gang van zaken, worden sommige bepalingen uit de statuten nogmaals (vereenvoudigd) verwoord in het huishoudelijk reglement. Kort gezegd staat in het huishoudelijk reglement beschreven wat het lidmaatschap van Muziekvereniging “St. Gregorius” praktisch inhoudt.

Verder worden enkele onderwerpen gedetailleerd uitgewerkt. Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die afwijken van of in strijd zijn met de bepalingen van de wet of statuten. Mocht in de praktijk blijken dat een artikel in het huishoudelijk reglement toch afwijkt van de statuten, dan geldt altijd datgene wat in de statuten vermeld staat.

Het huishoudelijk reglement is tijdens de algemene ledenvergadering van 18 maart 2024 goedgekeurd. Dit reglement vervangt alle voorgaande reglementen.

Datum: 18 maart 2024

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Algemene bepalingen

Artikel 1 – Verenigings- en opleidingsjaar

  1. Verenigingsjaar
    Het verenigingsjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar.
  2. Opleidingsjaar
    Het opleidingsjaar begint op 1 juli en eindigt op 30 juni van het daaropvolgende jaar.

Leden

Artikel 2 - Onderverdeling van leden

De vereniging onderscheidt de volgende categorieën leden:

  1. Leden
    Leden (en aspirant-leden) zijn personen die zich bij het bestuur hebben aangemeld en tot de vereniging zijn toegelaten.
  2. Jeugdleden
    Jeugdleden zijn leden die bij aanvang van het verenigingsjaar jonger zijn dan achttien jaar.
  3. Passieve leden
    Passieve leden zijn leden die niet actief deelnemen aan de vereniging, maar wel bij de vereniging betrokken willen blijven en hun lidmaatschap daarom niet willen beëindigen.
  4. Ereleden
    Ereleden zijn leden die zich bijzonder hebben ingezet voor de vereniging en op voordracht van het bestuur door de algemene ledenvergadering als zodanig zijn benoemd.

Lidmaatschap

Artikel 3 - Aanmelding en toelating

Als aanvulling op artikel 3 lid 2 van de statuten:

  1. Aanmelding als lid gebeurt schriftelijk bij het secretariaat via het inschrijfformulier. Jeugdleden hebben toestemming nodig van ouders en/of verzorgers.
  2. Het lidmaatschap kan op iedere dag van het verenigingsjaar worden aangegaan.
  3. Het lidmaatschap wordt stilzwijgend telkens met een volledig verenigingsjaar verlengd.

Artikel 4 - Opzegging door het lid

Als aanvulling op artikel 4 lid 2 van de statuten:

  1. Het lidmaatschap kan alleen schriftelijk bij het secretariaat worden opgezegd.
  2. Opzeggen kan in principe slechts tegen het einde van een verenigingsjaar, met een opzegtermijn van één maand. Indien gewenst kan, alleen na toestemming van het bestuur, het lidmaatschap ook tegen het einde van een opleidingsjaar worden opgezegd, eveneens met een opzegtermijn van één maand.
  3. Te late opzegging heeft tot gevolg dat het lidmaatschap - met inbegrip van de daaraan verbonden financiële verplichtingen - pas bij het eerstvolgende opzegmoment zal eindigen.

 

Artikel 5 - Passief lidmaatschap

  1. Alleen bestaande leden kunnen een passief lidmaatschap aanvragen. Het verzoek hiertoe kan schriftelijk bij het secretariaat worden ingediend, waarna het bestuur een besluit zal nemen.
  2. Een passief lidmaatschap kan op ieder moment van het verenigingsjaar worden aangegaan en ook weer worden omgezet in een gewoon lidmaatschap.

Artikel 6 - Jubilea

  1. Leden die 12½, 25, 40, 50, 60 jaar of langer lid zijn van de vereniging, zullen onderscheiden worden volgens het protocol van de Koninklijke Nederlandse Muziek Organisatie.
  2. De duur van een eventueel eerder lidmaatschap bij een andere muziekvereniging zal meegeteld worden bij de bepaling van een officieel jubileum, mits deze vereniging via een lokale muziekbond is aangesloten bij de Koninklijke Nederlandse Muziek Organisatie.

 

Afdelingen

Artikel 7 - AMV-groep

  1. Hierin zitten de leden die zich willen voorbereiden op een opleiding voor het bespelen van een instrument.
  2. Voor deelname aan de groep is geen muzikale ervaring vereist.
  3. De lessen vinden in groepsvorm plaats en worden in pakketvorm aangeboden. Het bestuur bepaalt in overleg met de betreffende docent wanneer de lessen plaatsvinden en hoeveel lessen een pakket omvat. Hierbij hoeft niet vast te worden gehouden aan het verenigingsjaar dan wel opleidingsjaar.
  4. Deelname aan de groep kan alleen aanvangen op het moment van de eerste les van de reeks groepslessen.
  5. Deelname aan de groep kan in principe alleen beëindigd worden op het moment van de laatste les van de reeks lessen. Eerdere beëindiging is in overleg met het bestuur mogelijk.

Artikel 8 - Lesnemers

  1. Lesnemers zijn leden die in opleiding zijn voor het bespelen van een instrument en daarvoor muzieklessen volgen.
  2. Om muziekles te kunnen volgen is algemene muzikale vorming gewenst, doch niet vereist.
  3. De muzieklessen vinden in individuele vorm plaats. Gedurende het opleidingsjaar zullen er minimaal 38 muzieklessen plaatsvinden.
  4. Aanvangen met het volgen van muzieklessen kan op iedere dag van het opleidingsjaar.
  5. Aan het eind van ieder opleidingsjaar zal de lesnemers gevraagd worden of de muzieklessen met een volledig opleidingsjaar verlengd kunnen worden.
  6. Het beëindigen van het volgen van muzieklessen kan slechts aan het einde van het opleidingsjaar, met een opzegtermijn van één maand.

Artikel 9 - Orkesten en slagwerkgroep

  1. De vereniging kent de volgende orkesten en groepen:
    a. Startersorkest
    Hierin zitten de leden die in opleiding zijn voor het bespelen van een blaasinstrument. Van de betreffende leden wordt verwacht dat ze deelnemen aan het startersorkest zodra blijkt dat ze voldoende niveau bereikt hebben om in het startersorkest te kunnen samenspelen. Deze verwachting geldt totdat het lid deelneemt aan het harmonieorkest. Het startersorkest kan aangevuld c.q. versterkt worden met leden van het harmonieorkest en/of de slagwerkgroep.
  2. Harmonieorkest
    Hierin zitten de leden die gevorderde ervaring hebben met het bespelen van een blaas- of slagwerkinstrument. Van de betreffende leden wordt verwacht dat ze deelnemen aan het harmonieorkest zodra ze in bezit is van een A-diploma en/of voldoende niveau bereikt hebben om in het harmonieorkest te kunnen samenspelen.
  3. Slagwerkgroep
    Hierin zitten zowel de slagwerkleden die in opleiding zijn als de slagwerkleden die gevorderde ervaring hebben. Van alle slagwerkleden wordt verwacht dat ze deelnemen aan de slagwerkgroep.

Voor alle orkesten en groepen geldt het volgende:

  1. Deelname kan aanvangen op iedere dag van het verenigingsjaar.
  2. Deelname wordt stilzwijgend telkens met een volledig verenigingsjaar verlengd.
  3. Het beëindigen van deelname kan in principe slechts tegen het einde van een verenigingsjaar, met een opzegtermijn van één maand. Indien gewenst kan, alleen na toestemming van het bestuur, het lidmaatschap ook tegen het einde van een opleidingsjaar worden opgezegd, eveneens met een opzegtermijn van één maand.
  4. Van deelnameverwachting kan worden afgeweken, indien geldige redenen hiervoor worden aangegeven. Dit ter beoordeling van het bestuur.

Wat betreft deelname aan het startersorkest en het harmonieorkest geldt het volgende:

  1. De betreffende dirigent en betreffende docent beoordelen gezamenlijk of een lid aan het vereiste niveau voldoet om mee te kunnen spelen. Het uiteindelijke besluit tot het wel of niet laten deelnemen van het lid is aan de betreffende dirigent.
  2. Jeugdleden die als lesnemer doorstromen naar het startersorkest en jeugdleden die doorstromen vanuit het startersorkest naar het harmonieorkest, hebben recht op een proefperiode van 6 maanden. Over deze periode is geen afdelingsbijdrage verschuldigd.

Contributie

Als aanvulling op artikel 8 van de statuten:

Artikel 10 - Algemeen

  1. De contributie dient jaarlijks te worden overgemaakt. Hiertoe ontvangt elk lid van de penningmeester een persoonlijke factuur met doorberekening van de op het lid van toepassing zijnde bijdragen.
  2. De contributie kan worden opgebouwd uit de volgende categorieën:
    - Verenigingsbijdrage
    - Afdelingsbijdrage
    - Bijdrage aan lesgelden
    - Instrumenthuur
    - Kortingen
  3. De hoogte van bovengenoemde bijdragen en kortingen worden vastgesteld tijdens de algemene ledenvergadering.
    d. In afwijking van Artikel 8 lid 3 van de Statuten is het toegestaan om de contributie in meerdere, zelf gekozen, termijnbedragen te betalen, mits de laatste betaling uiterlijk 1 december van het betreffende kalenderjaar plaatsvindt en het factuurnummer bij de betaling wordt vermeld.

Artikel 11 - Verenigingsbijdrage en afdelingsbijdrage

  1. De verenigingsbijdrage wordt doorberekend aan elk lid.
  2. De afdelingsbijdrage wordt doorberekend aan de leden die bij een afdeling zijn ingedeeld. Er bestaan verschillende categorieën. Indien leden bij meerdere afdelingen zijn ingedeeld, wordt de van toepassing zijnde afdelingsbijdragecategorie door het bestuur bepaald.
  3. De bijdragen zijn verschuldigd per verenigingsjaar.
  4. In het jaar dat het lidmaatschap wordt aangegaan, worden de bijdragen berekend naar rato van het aantal actieve maanden gedurende dat verenigingsjaar.
  5. Bij het verlaten van de afdeling, dan wel opzegging van het lidmaatschap aan het einde van een verenigingsjaar, geldt dat het lid de volledige bijdragen verschuldigd blijft.
  6. Bij het verlaten van de afdeling, dan wel opzegging van het lidmaatschap aan het einde van een opleidingsjaar, en bij goedkeuring van het bestuur, geldt dat de helft van de bijdragen wordt kwijtgescholden. De eventueel te veel betaalde bijdrage zal worden geretourneerd.

Artikel 12 - Bijdrage aan lesgelden

  1. De bijdrage aan lesgelden wordt doorberekend aan de leden die via de vereniging muzieklessen volgen, waarbij ervan uitgegaan wordt dat er minimaal 38 lessen per opleidingsjaar gevolgd worden.
  2. De bijdrage aan lesgelden is verschuldigd per opleidingsjaar.
  3. In het jaar dat wordt aangevangen met het volgen van muzieklessen, wordt de bijdrage aan lesgelden berekend naar rato van het aantal nog te volgen lessen gedurende dat opleidingsjaar.
  4. Bij het beëindigen van het volgen van muzieklessen aan het einde van het opleidingsjaar, geldt dat het lid de volledige bijdrage aan lesgeld verschuldigd blijft.

Artikel 13 - Huurbijdrage verenigingsinstrument

  1. De huurbijdrage verenigingsinstrument wordt doorberekend aan de leden die een instrument van de vereniging huren.
  2. De huurbijdrage verenigingsinstrument is verschuldigd per verenigingsjaar.
  3. In het jaar dat met de huur wordt aangevangen, wordt de huurbijdrage berekend naar rato van het aantal maanden dat het instrument gehuurd wordt gedurende dat verenigingsjaar.
  4. Bij het beëindigen van de huur aan het einde van een verenigingsjaar, geldt dat het lid de volledige huurbijdrage verschuldigd blijft.
  5. Bij het beëindigen van de huur aan het einde van een opleidingsjaar, en bij goedkeuring van het bestuur, geldt dat de helft van de huurbijdrage wordt kwijtgescholden. De eventueel te veel betaalde huurbijdrage zal worden geretourneerd.

Artikel 14 - Kortingen

  1. Een jeugdkorting wordt per verenigingsjaar doorberekend aan alle jeugdleden.
  2. Een jeugdkorting lesgeld wordt doorberekend per opleidingsjaar aan alle jeugdleden die via de vereniging muzieklessen volgen.
  3. Een introductiekorting kan worden doorberekend aan nieuwe leden die nog geen enkele ervaring hebben met het bespelen van een instrument en muzieklessen via de vereniging gaan volgen. Het bestuur bepaalt wie in aanmerking komt om de introductiekorting aangeboden te krijgen. De korting geldt voor maximaal 2 opleidingsjaren.
  4. In het jaar dat het lidmaatschap wordt aangegaan, wordt de jeugdkorting berekend naar rato van het aantal actieve maanden gedurende dat verenigingsjaar. De jeugdkorting lesgeld en introductiekorting worden berekend naar rato van het aantal actieve maanden gedurende dat opleidingsjaar.
  5. Bij opzegging van het lidmaatschap aan het einde van een verenigingsjaar, geldt dat de jeugdkorting volledig wordt doorberekend.
  6. Bij opzegging van het lidmaatschap aan het einde van een opleidingsjaar, geldt dat de jeugdkorting lesgeld en introductiekorting volledig worden doorberekend. De jeugdkorting zal voor de helft woorden doorberekend. De eventueel te veel ontvangen jeugdkorting zal worden teruggevorderd.

Artikel 15 - Bijdrage AMV-groep

  1. De bijdrage AMV-groep wordt doorberekend aan de leden die AMV-lessen volgen en staat los van de andere contributiecategorieën.
  2. De bijdrage AMV-groep is verschuldigd per pakket te volgen groepslessen.
  3. Bij een door het lid gewenste voortijdige beëindiging van de groepslessen, geldt dat het lid de volledige bijdrage AMV-groep verschuldigd blijft.

Verenigingseigendommen

Artikel 16 - Huurinstrumenten

  1. Alle leden kunnen een verenigingsinstrument huren.
  2. Verhuur van een verenigingsinstrument geschied enkel via het aangaan van een huurovereenkomst.
  3. Koffers dan wel tassen, wissers, harpjes, mondstukken en eventueel draagbanden zijn onderdeel van het verenigingsinstrument en vallen daarmee onder de huurovereenkomst.
  4. Leden dienen zelf te zorgen voor verbruiksartikelen zoals rietjes, olie etc.

Artikel 17 - Verenigingskleding

  1. Afhankelijk van de afdeling waarin leden zijn ingedeeld, ontvangen deze verschillende soorten verenigingskleding in bruikleen.
  2. Tijdens optredens worden de leden geacht de voorgeschreven verenigingskleding te dragen. Dit kan per optreden verschillend zijn.

Artikel 18 - Muziekstandaards, dempers en verlichting

  1. Voor repetities en optredens stelt de vereniging muziekstandaards (lessenaars) en eventueel dempers en verlichting ter beschikking.
  2. Het is leden niet toegestaan om muziekstandaards en verlichting mee naar huis te nemen. Dempers mogen wel mee naar huis genomen worden.

Artikel 19 - Gebruik

  1. Leden dienen de hun in gebruik gegeven verenigingseigendommen met de grootst mogelijke zorg behandelen. In het geval van schade, gebreken of vermissing dient de vereniging geïnformeerd te worden.
  2. Leden zijn aansprakelijk voor schade voortvloeiend uit verlies, diefstal, nalatigheid en grove schuld.
  3. Herstel van gebreken ontstaan door slijtage of bij normaal gebruik, is voor rekening van de vereniging. Herstelwerkzaamheden uitgevoerd door derden zijn slechts mogelijk na toestemming van de vereniging.
  4. Het is de leden niet toegestaan om veranderingen aan te brengen of aan te laten brengen aan verenigingseigendommen. Noodzakelijk of wenselijk geachte veranderingen dienen aan de vereniging bekend gemaakt te worden, waarna beslist zal worden over het al dan niet uitvoeren van deze veranderingen.

Artikel 20 - Inleveren

  1. Bij beëindiging van het lidmaatschap dienen in gebruik gegeven verenigingseigendommen terstond, doch binnen één maand terug te worden ingeleverd.
  2. Bij inlevering dienen alle door in gebruik gegeven verenigingseigendommen schadevrij en compleet te zijn.